NS test snellere Intercity Groningen – Den Haag

NS voert in de nacht van 1 op 2 februari een proef uit met een snellere Intercity tussen Groningen, Zwolle en Den Haag.

De testtrein slaat onderweg de stations Assen, Lelystad Centrum en Leiden Centraal over en rijdt met een hogere snelheid van 160 km per uur over de Hanzelijn (daar wordt nu 140 km per uur gereden).
Met deze aanpassingen is de testtrein een kwartier korter onderweg. Op Den Haag Centraal keert de trein en rijdt op hoge snelheid weer naar Groningen.

Met de testtrein wil NS onderzoeken wat er nodig is voor een versnelling op het gebied van onder meer treintechniek, infrastructuur en dienstregeling. De testrit wordt gereden met een TRAXX-locomotief met ICR rijtuigen (die nu ook als Intercity direct over de HSL rijdt). Of er in de toekomst een snellere Intercity in de dienstregeling wordt opgenomen, hangt o.a. af van de resultaten van de test.

Remhulp in Haagse trams

Een slim detectiesysteem gaat trambestuurders helpen om aanrijdingen te voorkomen op het spoor in de drukke binnenstad. Het Haagse openbaar vervoerbedrijf HTM gaat met deze remhulp als eerste vervoerder in Nederland praktijkervaring opdoen in haar nieuwste stadstram. Een radarsensor en een speciale camera detecteren of mogelijk gevaar dreigt op een aanrijding met grote obstakels op het spoor. Het systeem waarschuwt dan de trambestuurder en remt zo nodig zelf als hij niet tijdig reageert.

Dagelijks grijpen de trambestuurders van HTM tientallen keren in om aanrijdingen te voorkomen. Vaak gaat het om fietsers en voetgangers die onvoldoende aandacht hebben voor andere weggebruikers, al dan niet door het gebruik van smartphones en oordopjes. Ook automobilisten die plotseling remmen of hun voertuig op het spoor stilzetten zorgen voor onveilige verkeerssituaties. Een tram heeft vanwege zijn zware gewicht een twee tot drie keer langere remweg dan een auto. Snel remmen voor een voertuig dat de doorgang blokkeert voorkomt verkeersslachtoffers en schade. De praktijkervaring met de remhulp moet uitwijzen of het systeem voldoende ondersteuning biedt aan de bestuurder die zelf volledig verantwoordelijk blijft voor het veilig besturen van de tram.

HTM testte het systeem eerder uitvoerig zonder reizigers aan boord. Als laatste fase van dit traject gaat HTM ervaring opdoen met het systeem. De trambestuurders die gaan rijden met de remhulp zijn inmiddels opgeleid. Wanneer de ervaring positief is wil HTM alle grijs-rode stadstrams verspreid over 2019 gaan uitrusten met dit systeem. Daarna bekijkt HTM of de wit-blauwe trams van de Randstadrail ook een remhulpsysteem kunnen krijgen. De verouderde rood-beige trams zullen rond 2024 worden vervangen door nieuwe brede stadstrams. De remhulp is één van de eisen die HTM stelt aan deze nieuwe tram.

De voorzijde van de tram heeft een speciale camera en een radarsensor die continu omgevingsdata verzamelen tot een maximale afstand van tachtig meter voor de tram. Het systeem kan bussen, auto’s en vrachtwagens herkennen. Maar ook andere trams en stootjukken. Het systeem bepaalt steeds of er een kritieke situatie is op basis van de snelheid van de tram, de snelheid van het gedetecteerde object en de locatie ervan. Deze gegevens toetst het systeem voortdurend aan de vooraf bepaalde waarden, zoals de afstand waarop het systeem de bestuurder begint te waarschuwen voor een gedetecteerd object. Dit gebeurt met een geluidssignaal en knipperend symbool op het scherm van de trambestuurder. Ook berekent het systeem de remafstand die nodig is om een aanrijding te voorkomen.

Sneeuw verwacht, morgen aangepaste dienstregeling

Omdat voor morgen, woensdag 30 januari, sneeuwval verwacht wordt, nemen NS en ProRail het zekere voor het onzekere en passen zij de dienstregeling aan. Er rijden morgen minder treinen dan op een gewone werkdag. 80 procent van de treinen rijdt. Waar mogelijk worden deze treinen verlengd.

Op veel plekken in Nederland rijden de treinen elk half uur in plaats van elk kwartier. Waar de trein iedere tien minuten rijdt, wordt dat elk kwartier. Waar treinen normaal elk halfuur rijden, blijft dat zo.

Door de dienstregeling aan te passen ontstaat er meer ruimte om eventuele problemen op het spoor snel op te lossen. Daarnaast houdt ProRail extra sneeuw- en storingsploegen en hulplocomotieven achter de hand. NS zet extra medewerkers in op stations en in de treinen om reizigers zo goed mogelijk van dienst te zijn. Ondanks de aangepaste dienstregeling en de extra maatregelen kunnen treinreizigers hinder ondervinden van het weer.

Nu inschrijven voor Basistraining Reizigersinvloed

Mensen die meer willen weten over het openbaar vervoer kunnen zich nu inschrijven voor de Basistraining Reizigersinvloed op 22 maart. Deze training van een dag is speciaal voor nieuwe en beginnende leden van een ROCOV of reizigersoverleg. En ook voor Rover-leden die hun kennis over het openbaar vervoer willen opfrissen of uitbreiden. Je hoort onder meer hoe het OV is georganiseerd en wat reizigers willen.

De nadruk van deze training ligt op de invloed die je kunt uitoefenen als vertegenwoordiger van reizigers. Naast de formele invloed (advies) komt de informele invloed (lobby) aan bod. We oefenen daar ook mee. Zo krijg je praktische tips om goed in een ROCOV te kunnen functioneren.

De Basistraining Reizigersinvloed wordt verzorgd door twee ervaren docenten. Marc Maartens is adviseur-publicist en schrijft voor vakblad OV-Magazine. Hij heeft een brede kennis van het OV. Dick Wijen is oud-bestuurslid van Rover met een lange staat van dienst binnen de vereniging. Dankzij deze docenten is deze dag levendig en interactief.

De training is op vrijdag 22 maart 2019 in Amersfoort. Deelname kost 250 euro voor ROCOV-leden, inclusief BTW, reiskosten, lunch en consumpties. De meeste ROCOV’s vergoeden deze kosten. Klik hier om u aan te melden. De training staat ook open voor mensen die werken bij een adviesbureau, koepelorganisatie, overheid of vervoerbedrijf. Zij betalen 350 euro. Bij deze training krijgt u het ‘Handboek Reizigersinvloed’.

Groen licht voor rechtstreekse trein Maastricht – Aken

Zondag is eindelijk de rechtstreekse trein tussen Maastricht en Aken gaan rijden. De indienststelling werd eind vorig jaar op het laatste moment uitgesteld omdat de nieuwe trein van Arriva nog moest worden goedgekeurd door de Duitse inspectie. En dat terwijl ProRail en Strukton keurig op tijd klaar waren om de spanning op het nieuw geëlektrificeerde spoor te zetten.

Het was vorig jaar een race tegen de klok om het 6,5 kilometer lange spoor tussen Landgraaf en Herzogenrath te voorzien van bovenleiding. De complexe en omvangrijke klus startte in april en moest eind november geklaard zijn om tijdig te kunnen gaan proef te rijden met de nieuwe trein die dankzij de elektrificatie t.o.v. een diesseltrein in het gebruik veel goedkoper en duurzamer is. Aannemer Strukton zette samen met ProRail de schouders eronder en leverde een topprestatie. Precies op tijd was de elektrificatie gereed en kon er worden proefgereden met de nieuwe trein van Arriva die nog diezelfde week door de Inspectie Leefomgeving en Transport werd goedgekeurd. Groot was dan ook de teleurstelling toen bleek dat de Duitse inspectie meer tijd nodig had om de trein goed te keuren en de indienststelling op het laatste moment werd uitgesteld.

Met de nieuwe trein is het voor passagiers mogelijk om in 55 minuten direct en comfortabel tussen Maastricht-Aachen en omgekeerd te reizen. De trein doet daarbij de volgende tussenstations aan: Aachen West, Herzogenrath, Eygelshoven Markt, Landgraaf, Heerlen, Valkenburg en Meersen. Voor de reizigers vanuit Duitsland betekent dit dat ze met een enkele overstap in Heerlen verder kunnen in de richting van Utrecht en Amsterdam. Voor reizigers die vanuit Nederland komen zijn, met een overstap op de Hauptbahnhof in Aachen, bestemmingen zoals Keulen, Berlijn en Frankfurt beter bereikbaar dan ooit. 

Verkoop Duits lijntje voor tweemaal een euro

In Liempde ronden ProRail en de gemeenten Boxtel en Meierijstad de verkoop af van een deel van de voormalige spoorbaan het Duits lijntje. De beide gemeenten nemen het oude spoortracé tussen Boxtel en het Maximakanaal over voor het symbolische bedrag van ieder een euro.

Al sinds 1950 rijden er geen reizigerstreinen meer op het uit 1873 stammende Duits Lijntje van Boxtel naar Wesel (Duitsland). Toen in 2004 ook het goederenvervoer werd beëindigd, verloor de spoorbaan haar functie en kreeg de natuur de kans te groeien en te bloeien. Met de spoorbaan nog zichtbaar in het landschap volgden er initiatieven om het vervoer van reizigers en/of goederen weer op te starten. Steeds opnieuw bleken deze plannen niet haalbaar te zijn omdat er te weinig vraag was, ook niet in de verre toekomst. Daarom valt vandaag na bijna 150 jaar definitief het doek voor het Duits lijntje.

Voor ProRail is de verkoop belangrijk omdat het beheer en onderhoud van de gronden nu overgaat naar de beide gemeenten. Dat scheelt werk en kosten. De laatste maanden heeft ProRail nog kasten langs de baan ontmanteld waarvan de apparatuur nog bruikbaar is, denk bijvoorbeeld aan relais. Helemaal verdwijnen zal de spoorbaan niet. Sterker nog, de beide gemeenten vinden het juist belangrijk dat elementen van de spoorbaan, met haar cultuur-historische waarde, herkenbaar blijven in het landschap.

500 Reizigers weten nieuw station Lansingerland - Zoetermeer goed te vinden

Afgelopen december stopte de eerste sprinter op Lansingerland- Zoetermeer. Een nieuw station waar nog volop wordt gebouwd en waar komend voorjaar de verbinding met het RandstadRail wordt gerealiseerd.

Op dit moment wordt ook nog gewerkt aan de liften, het viaduct en de verdere voorzieningen bij beide entrees. Ondanks al deze verbouwingsperikelen weten treinreizigers het station al goed te vinden.

Op 7 januari van dit jaar, een kleine maand later, stapten er al 500 reizigers in en uit. En iedere week stijgt dit aantal gestaag. Uiteindelijk verwachten we gemiddeld 2.500 reizigers per dag als de overstap op RandstadRail mogelijk wordt én reizigers nog comfortabeler kunnen reizen van en naar dit station.

Directeuren maken switch binnen ProRail

De raad van bestuur van ProRail heeft besloten om per 1 februari te starten met het oprichten van een nieuwe afdeling waar technologievernieuwing, innovatie en daaraan gerelateerde procesvernieuwing samenkomen. Dit behoeft in de huidige organisatie inrichting naar mening van de raad van bestuur meer aandacht.

Directeur Karel van Gils maakt de overstap van de afdeling Assetmanagement naar de nieuw op te richten afdeling waar technologievernieuwing, innovatie en gerelateerde procesvernieuwing samenkomen. De afdeling wordt opgericht om nog meer aandacht en focus te leggen op het verder verbeteren van de railinfrastructuur. De implementatie van ERTMS en de afdeling Innovatie zijn hier in ieder geval onderdeel van.

Karel van Gils zal in eerste instantie als kwartiermaker leiding gaan geven aan deze nieuwe afdeling. Hij heeft de opdracht om de afdeling verder vorm te geven door bovengenoemde werkdomeinen verder te onderzoeken en de ambitie en doelstellingen uit te werken. Daarbij is er speciale aandacht voor de manier waarop deze afdeling de essentiële samenwerking met de bestaande bedrijfseenheden Assetmanagement, Projecten en ICT zal invullen.

Vanwege het vertrek van Karel van Gils bij de afdeling Assetmanagement, zal directeur Wouter van Dijk hem opvolgen met als primaire focus de dagelijkse operatie, de ingezette verbeterslagen en de vervangingsopgave. Hij maakt de overstap van de afdeling Vervoer en Dienstregeling. “Ik ben heel trots op alle prestaties die de afdeling Vervoer en Dienstregeling de afgelopen jaren heeft neergezet en op de manier van samenwerken met alle collega’s. Ik heb tegelijkertijd veel zin in mijn overstap. Handen uit de mouwen, scherpte en transparantie”, aldus van Dijk.

Dimitri Kruik stapt over van Procurement naar Vervoer en Dienstregeling
Directeur Dimitri Kruik volgt vanaf februari Wouter van Dijk op en wordt directeur Vervoer en Dienstregeling. De maand februari zal worden gebruikt voor een zorgvuldige overdracht, waarbij ook invulling zal worden gezocht voor Procurement en het zbo-traject. Dimitri: “Ik ben heel trots op onze Procurement-organisatie en vind dit een geweldig mooie stap waar ik veel zin in heb”.

ProRail legt testspoor aan voor belangrijke innovaties

Eén van de ambities van ProRail is om zoveel mogelijk treinen over het spoor te kunnen laten rijden. En het liefst ook nóg sneller. Om dit voor elkaar te krijgen moet men nog meer gaan innoveren. Daarnaast moeten deze innovaties ook in de praktijk worden getest. Speciaal hiervoor legt ProRail een testbaan aan in Amersfoort van ruim 1 kilometer.

Om innovaties eenvoudiger in de praktijk te kunnen testen, gaat ProRail een testbaan van ruim 1 kilometer aanleggen bij het Railcenter in Amersfoort. ProRail heeft op die locatie, samen met aannemers en de innovatieve sector, al een ERTMS-expertisecentrum opgezet. Een testbaan voor de deur zorgt ervoor dat er gemakkelijk in de praktijk getest kan worden.

Daarnaast gaat ProRail samenwerken met de Engelse en Duitse zusterorganisaties om hightech testfaciliteiten op te zetten waar ook innovaties uitgeprobeerd kunnen worden. Zo werkt ProRail bijvoorbeeld met universiteiten en kennisinstituten als TNO aan nieuwe concepten

Naast de testen op het testspoor gaat ProRail ook een aantal proeven op de ‘gewone’ baan doen. Op de Betuweroute en op de lijn Zuidhorn - Groningen test ProRail de ‘automatische piloot’ voor treinen. Tussen Groningen - Leeuwarden wordt dit jaar een proef gedaan met de waterstof- en accutrein. En op het traject Groningen - Amsterdam gaat men een proef doen met een snelle non-stop trein tussen de Randstad en grotere regiosteden.

ProRail zet vol in op innovatie de komende jaren. 'We gaan alle stations voorzien van duurzame en slimme verlichting, zonnepanelen op onze daken leggen en als het aan ons ligt de spanning op de bovenleiding verhogen naar 3 kV waarmee treinen een kwart minder energie hoeven te gebruiken.
Daarnaast gaan we proeven doen met een waterstoftrein, slimme treinbeveiliging beproeven (ERTMS) waar we minder kabels en systemen voor nodig hebben, sensoren plaatsen om onze wissels slimmer te verwarmen, zorgen dat er een automatische piloot komt die machinisten helpt nog preciezer te rijden en verkeersleiders helpt beter en sneller bij te sturen. Hierdoor kunnen we nog meer treinen op hetzelfde spoor laten rijden.'

Spitsbussen tussen station Eindhoven en ASML

Vanaf maandag 21 januari rijdt er dagelijks een nieuwe directe buslijn (lijn 119) tussen Centraal Station Eindhoven en ASML in Veldhoven. Dit is de eerste concrete actie om de bereikbaarheid van bedrijventerrein De Run te verbeteren.

Lijn 119 is een snelle openbaar vervoer-verbinding specifiek bedoeld voor werknemers en bezoekers van bedrijventerrein De Run en Maxima Medisch Centrum (MMC) in Veldhoven. De expresbus rijdt 6 keer per uur in de spits tussen 07.00  en 09.00 uur en 16.00 en 18.30 uur en stopt alleen bij de halte voor ASML-gebouw 1 (De Run 1000) en de halte voor ASML gebouw 4 (hoofdcampus, De Run 6500). Daarnaast blijven ook lijn 319, lijn 18 en lijn 19 rijden. In de spits rijden in totaal 15 bussen per uur tussen het centrum van Eindhoven en ASML/MMC.

De gemeenten Veldhoven en Eindhoven, de provincie, het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en ASML besloten eind vorig jaar tot maatregelen om de bereikbaarheid van  De Run te verbeteren. Ze investeren samen onder andere in de opwaardering van fietsvoorzieningen en openbaar vervoer en maatregelen op het gebied van nieuwe vormen van gedeeld vervoer.

Eerste omleidingen door aanleg derde spoor Duitsland 2019

Van zaterdag 19 tot en met maandagochtend 28 januari wordt er in Duitsland gewerkt aan de aanleg van een derde spoor tussen Emmerich en Oberhausen. Dit is de eerste keer in 2019 dat goederentreinen geen of minder gebruik kunnen maken van de Betuweroute en worden omgeleid via de grensovergangen in Venlo en Oldenzaal.

In Duitsland wordt tussen Emmerich en Oberhausen over een lengte van meer dan 70 kilometer een derde spoor aangelegd, onder meer ter verbetering van de aansluiting op de Betuweroute in Nederland. Een zeer ingrijpend en omvangrijk project. Langs het nieuwe spoor komen geluidsschermen, stations worden verbouwd, en meer dan 100 viaducten en bruggen worden aangepast of nieuw gebouwd. De bouw duurt nog jaren, maar als het eenmaal klaar is, is dat een belangrijke verbetering van de internationale goederencorridor die begint in de haven van Rotterdam, Amsterdam en Vlissingen en eindigt in het Italiaanse Genua.

Tijdens de bouw zijn er periodes dat de Betuweroute niet of alleen gedeeltelijk beschikbaar is voor goederenvervoer. Dit weekend (zaterdag 19 en zondag 20 januari) is er tussen Emmerich en Oberhausen geen enkel treinverkeer mogelijk en vanaf maandagochtend 21 tot en met maandagochtend 28 januari 05:00 uur is maar een van beide sporen beschikbaar. Dit betekent dat goederentreinen worden omleid via de Brabantroute (grensovergang Venlo) en in mindere mate via Oost-Nederland (grensovergang Oldenzaal). Vervoer van gevaarlijke stoffen gaat wel zoveel mogelijk via de Betuweroute. 

Treinreizigers in 2018 meer tevreden

De waardering voor het treinreizen in Nederland neemt toe. 86% van de treinreizigers geeft een 7 of hoger, tegenover 80% een jaar eerder. Dat blijkt uit het jaarlijkse beoordelings-onderzoek van NS onder 45.200 treinreizigers. Dit is de hoogste waardering sinds de start van de metingen. In 2004 was de waardering nog 66%.

Volgens Thijs Urlings, gepromoveerd econometrist en teamleider klanttevredenheid bij NS overtreft de beoordeling de verwachting: “Voor een deel kunnen we dat verklaren doordat we vaker op tijd rijden, door nieuwe treinen en vernieuwde stations en ook de gastvrijheid van onze collega’s. Bovendien zorgt het lage aantal storingsdagen ervoor dat de reiziger positiever is. Maar helemaal verklaren of beïnvloeden, kunnen we het niet. Een zonnige zomer en draaiende economie helpen ook voor een gunstige beoordeling”

Mark van Hagen, gedragswetenschapper en als onderzoeker in dienst van NS: “Voor het eerst gaven meer reizigers een 8 dan een 7 als cijfer. Je denkt misschien dat functionele zaken als op tijd rijden en reinheid het belangrijkst zijn voor een goed cijfer. Maar om een acht te krijgen, zijn juist emotionele zaken van belang: de stationspiano, lekkere koffie of een vriendelijke hoofdconducteur.”

NS houdt een continu onderzoek om het oordeel over het reizen met de trein te meten. “Een belangrijk onderzoek,” aldus Urlings, “Met het waarderingscijfer wordt door het ministerie mede beoordeeld hoe wij het doen. We moesten in 2018 bovendien minimaal 74% halen.” Aan een voorspelling voor volgend jaar durft Urlings zich niet te wagen: “86% is in Nederland erg hoog. Het is waarschijnlijker dat de waardering volgend jaar iets zal dalen dan dat deze gaat stijgen.
Naast het oordeel voor het reizen per trein, worden nog meer zaken beoordeeld. Het hoogste oordeel is voor de vriendelijkheid van het treinpersoneel. Deze steeg van 91% naar 92%. De snelste stijger is de reinheid van de trein. Deze steeg van 62% naar 68%.

Fluitje? Neem de volgende trein

Als het fluitje klinkt, dan betekent dat: de trein vertrekt, niet meer instappen. Met een video wil NS reizigers informeren en om begrip vragen. Conducteur Angela Monsieurs: "Ik hoop op minder hartverzakkingen." Angela is te zien in de video 'Rennen ze? Rennen ze niet??'. Ze vertelt: "Voor mij is de veiligheid van reizigers de belangrijkste reden om hieraan mee te doen. Daarnaast lopen treinen vaak vertraging op door laatkomers en daar hebben andere reizigers weer last van. Laatst zag ik een man in volle vaart de trein in springen, het fluitsignaal had al geklonken en de deuren gingen dicht. Ik hield mijn hart vast en dacht; die valt straks al zijn tanden uit zijn mond." Gelukkig liep het goed af, maar dat geldt niet voor iedereen.

Angela geeft aan dat zij meerdere keren per dag meemaakt dat reizigers na het fluitje nog in stappen. Uit een eerdere NS enquête bleek dat 71 procent van de ondervraagde conducteurs dit herkennen en hierdoor onnodig vertraging oplopen. "Een aansluiting die je wil halen of een concert dat op een bepaalde tijd begint; elke laatkomer heeft een goede reden om een trein nog te willen halen. Alleen zitten er in die trein nog heel veel andere reizigers die graag op tijd vertrekken."

De afgelopen vijf jaar nam het aantal geregistreerde deurbeknellingen toe van 25 in 2013 tot naar verwachting 69 in 2018. Dat zijn gelukkig kleine aantallen, maar het kan voor degene die het betreft een gevaarlijke situatie opleveren. Conducteur Hans Dekker vertelt: "Vooral in de spits en 's avonds laat proberen reizigers vaak nog na het fluitsignaal in te stappen. Dat begrijp ik ook, want je wil op tijd op je werk zijn of na een avond uit lekker naar huis. Niet iedereen is zich alleen bewust van de mogelijke gevolgen. In Utrecht heb ik meegemaakt dat een meisje na het fluitje nog snel de trein in dook en vervolgens met haar knie de trap raakte. Gelukkig was er toevallig een arts in de trein aanwezig die haar direct kon helpen. Ze is vervolgens met een ambulance afgevoerd."

Opening nieuwe RET werkplaats van groot belang toekomst OV

De nieuwe centrale werkplaats van de RET op de Kleiweg in Rotterdam is een dezer dagen geopend door Maurice Unck, algemeen directeur van de RET en Judith Bokhove, wethouder van de Gemeente Rotterdam (o.a. Mobiliteit). De RET kent een rijke historie op de Kleiweg maar is dankzij de nieuwe werkplaats vooral ook voorbereid op de toekomst. Zo vindt de revisie en modificatie van de metro’s en trams hier plaats en is er een back-up voor de CVL. Daarnaast wordt het terrein klaargemaakt voor 55 elektrische bussen die vanaf eind 2019 hiervandaan zullen vertrekken.  “Iedereen weet dat het aantal reizigers groeit, met name in de metro. Onze nieuwere langere voertuigen pasten niet langer in de oude werkplaats. Nu we de nieuwe werkplaats openen, is het grote onderhoud aan de voertuigen voor de toekomst verzekerd,” aldus Maurice Unck.

Wethouder Judith Bokhove: “Een railwerkplaats in de stad zorgt ervoor dat voertuigen dichtbij gerepareerd of onderhouden worden, en zo weer snel ingezet kunnen worden. Hiermee houden we Rotterdam bereikbaar. Daarnaast is deze nieuwe railwerkplaats een mooi voorbeeld van circulariteit. De RET zet een tram of metro niet na tien of vijftien jaar aan de kant, maar geeft het voertuig een grote onderhoudsbeurt, een complete make-over. Mooi om te zien dat het openbaar vervoer hiermee nog meer bijdraagt aan duurzaamheid en bereikbaarheid van de stad.” De verbouwing had niet later gepland moeten worden want zo’n tien jaar geleden gingen de eerste langere metro’s de dienstregeling in en die zijn nu hard aan zo’n complete metromorfose toe. Dat de RET zo’n grote onderhoudsbeurt in eigen hand uitvoert, is uniek. “Het alternatief zou zijn dat je dit werk moet uitbesteden aan grote partijen in het buitenland, dan zijn we onze voertuigen voor langere tijd kwijt, daar hebben we ze hier veel te hard voor nodig.” aldus Unck. Met onder meer een 50 meter lange spuitcabine en de nieuwste apparatuur op het gebied van revisie en modificatie biedt de werkplaats ook de mogelijkheid om werk voor andere partijen uit te voeren.

Met de opening van de werkplaats is nog niet de hele verbouwing van het terrein afgerond. “We zijn druk bezig om de rest van het terrein klaar te maken zodat eind 2019 onze eerste 55 elektrische bussen hiervandaan kunnen vertrekken. Het terrein moet hiervoor onder meer worden voorzien van laadpalen,” aldus Unck.

17-20 januari beperkt treinverkeer rond Schiphol door werkzaamheden

Van donderdag 17 tot en met zondag 20 januari voert ProRail diverse werkzaamheden uit rond Schiphol. Tijdens deze vier dagen rijden er geen treinen maar bussen op het traject Schiphol Airport-Leiden. Intercity direct rijdt niet op het traject Amsterdam Centraal-Rotterdam.

Op zaterdag 19 en zondag 20 januari is Schiphol helemaal niet per trein bereikbaar. Dan rijden ook op de trajecten Amsterdam Sloterdijk/Amsterdam Zuid-Schiphol Airport en Diemen Zuid - Duivendrecht bussen in plaats van treinen.

Voor overstappende reizigers op Amsterdam Sloterdijk en Schiphol zet NS kruiers in om hen te assisteren met hun bagage. Daarnaast helpen vele extra NS-medewerkers op de stations om reizigers naar de bussen te verwijzen.

De werkzaamheden zijn ingrijpend en de impact op het treinverkeer is groot. Door de centrale ligging van Schiphol geldt op diverse trajecten in Zuid- en Noord-Holland alsook Flevoland een aangepaste dienstregeling met omreizen, extra overstappen en soms ook minder treinen. NS zet bussen in tussen Schiphol Airport – Leiden, Schiphol Airport – Amsterdam Sloterdijk en Diemen Zuid – Duivendrecht. Bij de halte staan in- en uitcheckpalen. Op het traject Amsterdam Bijlmer Arena – Amsterdam Zuid – Schiphol Airport kunnen reizigers ook gebruikmaken van de R-net bussen. Daarvoor checken zij in en uit bij de vervoerder. Dit geldt ook voor de metro. We adviseren reizigers hun reis van tevoren te plannen via de NS Reisplanner op ns.nl of de NS app. In het reisadvies is een schatting opgenomen van de extra reistijd. Deze bedraagt circa 15-45 minuten.

ProRail werkt gedurende vier dagen op tientallen locaties aan onderhoud van het spoor. Het werkgebied ten zuiden van Schiphol beslaat 25 kilometer, van station Sassenheim tot aan Badhoevedorp. In het weekend komt daar een gebied bij van Schiphol tot Amsterdam. Honderden mensen zijn dag en nacht bezig met het vernieuwen van spoor, dwarsliggers, wissels en bovenleidingen. Ook wordt gewerkt aan de elektriciteitsvoorziening van station Schiphol Airport.

Delft krijgt eerste energieneutrale treinstation van Nederland

Station Delft-Zuid wordt het eerste treinstation in Nederland dat volledig in zijn eigen energie kan voorzien. Het station wordt verbouwd en krijgt een dak van zonnepanelen. Vandaag geeft staatssecretaris Stientje van Veldhoven (Infrastructuur en Waterstaat) samen met de gemeente Delft en spoorbeheerder ProRail het officiële groene licht voor de start van de werkzaamheden op het station, dat vanaf eind 2019 Delft Campus gaat heten.

Staatssecretaris Van Veldhoven: ‘Met de verbouwing- en de overkapping van het station slaan we twee vliegen in één klap: reizigers op het perron verregenen straks niet meer en het station wordt door het dak, dat in feite één groot zonnepaneel wordt, volledig energieneutraal. Delft Campus loopt straks voorop op weg naar de duurzame toekomst van ons land!’

Omdat het stationsdak zelf gemaakt is van zonnepanelen kan nog meer energie worden opgewekt dan met reguliere daken waar zonnepanelen op liggen. De opgewekte energie wordt benut voor de verlichting, liften en apparatuur op het station. De verbouwing is onderdeel van een groter project dat het station geschikt maakt voor de spoorverdubbeling tussen Rijswijk en Delft. Hierdoor kunnen tussen Rotterdam en Den Haag, een van de drukste spoorverbindingen van ons land, straks 14 treinen per uur gaan rijden. Reizigers in beide richtingen kunnen dan om de paar minuten de trein nemen. Dit is nodig om de grote groei van het aantal reizigers in met name de Randstad aan te kunnen.

Het nieuwe station Delft Campus wordt door de komst van liften straks ook toegankelijk voor reizigers met een beperking. Reizigers die geen trap kunnen lopen, moeten nu nog omreizen. Door de aanleg van een tunnel voor fietsers en voetgangers wordt de Technische Universiteit Delft ook beter bereikbaar, een langgekoesterde wens van de studenten en medewerkers van de universiteit. Het duurzame station moet in 2023 zijn opgeleverd. De kosten voor het dak van zonnepanelen bedragen 2,4 miljoen euro. Hiervan neemt de gemeente Delft 1,8 miljoen euro voor rekening. De rest wordt bijgelegd door de Rijksoverheid.




NS-app laat je reizen via treinkaartjes in de Wallet-app

In Nederland gaat het reizen met het openbaar vervoer nog altijd met de OV-chipkaart. De eerdere proef om met je mobiel in het OV te reizen is mislukt, omdat het systeem veel te complex was. In sommige andere landen kun je reizen via Apple Pay, maar of dat ooit naar Nederland komt lijkt gezien de complexiteit van het huidige systeem onwaarschijnlijk. Toch heeft de NS het reizen met je iPhone en Apple Watch een stukje makkelijker gemaakt, want je kan vanaf nu losse kaartjes kopen via de NS-app en toevoegen aan de Wallet-app.

Rover wil actieplan verbetering Maaslijn

Rover vindt de problemen op de Maaslijn onacceptabel. De Reizigersvereniging wil dat provincie Limburg samen met Arriva en ProRail met een actieplan komt om de prestaties op de spoorlijn snel te verbeteren. Ook wil Rover maatregelen om toekomstige problemen te voorkomen.

De Maaslijn, de spoorlijn tussen Nijmegen en Roermond, wordt al maanden geplaagd door vertragingen, uitval en overvolle treinen. Volgens een steekproef van Rover komen de twee drukste treinen in de ochtendspits in meer dan de helft van alle gevallen te laat of helemaal niet aan op hun bestemming.

De problemen worden door zowel de treinen van Arriva als de staat van de infrastructuur veroorzaakt. Arriva heeft bij gebrek aan alternatieven een aantal zeer storingsgevoelige treinstellen op het spoor rijden. Tegelijk heeft ProRail bij graafwerkzaamheden voor het vervangen van de treinbeveiliging de nodige schade veroorzaakt, blijkt uit antwoorden op Kamervragen. Vooral die laatste oorzaak baart Rover grote zorgen: “in meerdere delen van Nederland moet de treinbeveiliging nog worden vervangen. Dat ProRail accepteert dat er hierbij meer storingen zijn, is niet uit te leggen aan de reiziger”, aldus directeur Freek Bos.

Rover vindt de gevolgen van de werkzaamheden onacceptabel en wil dat ProRail maatregelen treft om te voorkomen dat de situatie zich herhaalt bij het toekomstig vervangen van treinbeveiliging. Daarnaast vraagt Rover provincie Limburg om samen met Arriva en ProRail een actieplan te maken om de situatie op de Maaslijn snel te verbeteren.

Rover wil betere informatie bij slechtere toegankelijkheid

Rover wil dat NS reizigers eerder informeert, als zij een toegankelijke trein op hun traject kwijtraken. Dat stelt de Rover in een reactie op klachten van treinreizigers in een rolstoel, die sinds de nieuwe dienstregeling niet meer zelfstandig kunnen reizen tussen Geldermalsen en Utrecht.

Op steeds meer stations kunnen rolstoelers zelfstandig de trein in- en uitstappen, door het op gelijke hoogte brengen van perrons en de vloer van de treinen. Het duurt echter nog jaren totdat alle treinen met een hogere instap vervangen zullen zijn. Hierdoor kan het altijd gebeuren dat reizigers hun toegankelijke trein kwijtraken en te maken krijgen met een oudere trein met hoge instap. Zoals sinds de nieuwe dienstregeling op het traject tussen Geldermalsen en Utrecht het geval is.

“Een paar jaar geleden zagen we hetzelfde tussen Rotterdam en Breda: ineens waren de sprinters met gelijkvloerse instap weer vervangen door ongelijkvloers materieel”, stelt Aldo Markus, toegankelijkheidsspecialist bij Rover. “Je loopt als reiziger altijd de kans dat er bij een nieuwe dienstregeling weer ander materieel wordt ingezet.”

Het verdwijnen van de toegankelijke treinen tussen Geldermalsen en Utrecht kwam op een moment dat de benodigde rolstoelbruggen nog niet geplaatst waren op de tussengelegen assistentie-stations Houten en Culemborg. NS heeft dit probleem aangepakt door rolstoelers vanaf Utrecht Centraal of Geldermalsen met taxi's te vervoeren. Tussengelegen stations Vaartsche Rijn, Lunetten, Castellum, Passewaaij en Tiel kennen helemaal geen reisassistentie waardoor rolstoelers op deze stations niet meer de trein in kunnen.

Het duurt naar verwachting tot 2025 voordat alle Sprinters toegankelijk zijn, bij Intercity’s duurt dit tot 2035. Rover begrijpt dat treinen niet zomaar te vervangen zijn en dat dit de nodige tijd gaat duren. Wel wil Rover betere informatievoorziening bij het verdwijnen van een toegankelijke trein. Als materieelinzet vanuit toegankelijkheidsperspectief verslechtert, zou bovendien gezorgd moeten worden dat de rolstoelbruggen tijdig in orde zijn en er reisassistentie komt op alle betrokken stations.

Prijsontwikkeling ov en autokosten vergelijkbaar

De prijsontwikkeling van openbaar vervoer (ov) en autokosten tussen 2009 en november 2018 is nagenoeg gelijk. Beide soorten vervoersprijzen stegen in die periode meer dan de gemiddelde consumentenprijzen. Dit meldt het CBS naar aanleiding van vragen van de media. De meest recente ontwikkelingen van de brandstofprijzen en het openbaar vervoer zijn in deze analyse niet meegenomen.

In november 2018 was het openbaar vervoer 23 procent duurder dan in 2009. Een rit in de bus, tram en taxi steeg gemiddeld harder in prijs dan een treinkaartje. In dezelfde periode stegen de autokosten met 22 procent. De algemene stijging van consumentenprijzen bedroeg 15 procent. Hierbij zijn de prijzen en kosten vergeleken met het jaargemiddelde van 2009.

In Nederland wordt 10 keer zoveel besteed aan autokosten als aan het openbaar vervoer. Autokosten bestaan voor een derde uit brandstofkosten. Daarnaast maken aanschaf, onderhoud, verzekering, motorrijtuigenbelasting en parkeergeld deel uit van de autokosten.

Van de autokosten was eind 2018 de verzekering met 45 procent het meest gestegen ten opzichte van 2009. Daarna volgde parkeren met een prijsstijging van 27 procent. Het aandeel van deze posten in de totale kosten van autorijden is echter niet groot.

De kosten van autorijden fluctueren meer dan die van openbaar vervoer door de sterk op en neer gaande brandstofprijzen. Tussen 2011 en 2014 bereikten de brandstofprijzen het hoogste niveau in de afgelopen 10 jaar, maar ze zakten weer vanaf 2015. In november van 2018 waren autobrandstoffen 21 procent duurder dan gemiddeld in 2009. Brandstofprijzen waren vooral begin 2009 laag als gevolg van de crisis.

Op proef: reizen met bankpas of creditcard

Maandag startte de werving van testreizigers op het traject Leiden-Den Haag die willen reizen met hun betaalkaart in plaats van met de OV-chipkaart. Geïnteresseerde reizigers kunnen zich vanaf vandaag aanmelden voor de proef die over twee weken van start gaat en een half jaar zal duren. Op de stations tussen Leiden Centraal en Den Haag checken deelnemers in en uit bij NS met hun eigen contactloze bankpas of creditcard.

Reizen met bankpas of creditcard is voor veel reizigers een logische en makkelijke keuze: hij zit al in de portemonnee. Reizigers hoeven geen aparte OV-chipkaart aan te schaffen en vooraf geen saldo te laden of een kaartje te kopen. Reizigers checken met hun betaalkaart in en uit zoals zij gewend zijn. Gemaakte reiskosten worden 's nachts verwerkt na de reisdag en afgeschreven via de eigen bank. Tijdens de proef is op de stations tussen Leiden en Den Haag minstens één poortje of paaltje geschikt gemaakt voor reizen met de betaalkaart. Deze zijn herkenbaar aan het “contactloos betalen” logo.

Reizigers die regelmatig met de trein reizen tussen Den Haag en Leiden, maar daarvoor geen abonnement of kortingsproduct gebruiken, kunnen zich aanmelden voor deelname aan de proef op ns.nl/betaalkaart. Tijdens de proef krijgen deelnemers via een app op hun smartphone inzicht in alle gemaakte reizen en bijbehorende kosten.

Deelname is mogelijk voor reizigers die beschikken over een contactloze bankpas van ABN AMRO, ING, Rabobank, SNS, ASN Bank of RegioBank of een contactloze creditcard van Mastercard of VISA uitgegeven door ICS (International Card Services). Alle deelnemers aan de proef reizen met hun betaalkaart in de 2e klas, vol tarief.

Voor een eventuele landelijke invoering van reizen met de betaalkaart, zijn ingrijpende aanpassingen nodig bij alle vervoersbedrijven, Translink en alle banken. Vanwege de verschillende concessiegebieden zal dat stapsgewijs gebeuren. In deze proef wordt de techniek eerst zorgvuldig getest. Daarnaast worden de ervaringen van deelnemers onderzocht, om op basis van hun ervaringen mogelijke verbeteringen door te voeren.

De OV-bedrijven werken vanuit het Innovatieprogramma OV-betalen van de Coöperatie OV-bedrijven en Translink aan nieuwe manieren van betalen in het OV. Deze proef op het NS-traject Den Haag - Leiden is daar een onderdeel van en is tot stand gekomen door een samenwerking tussen banken, creditcardverstrekker ICS, Translink en de gezamenlijke OV-bedrijven. In deze proef met contactloos in- en uitchecken via een betaalkaart wordt gebruik gemaakt van de contactloze EMV-technologie van Mastercard en VISA.

Provincie wil 12 miljoen euro steken in stationsgebieden Zaanstad

De provincie Noord-Holland wil 12 miljoen euro uittrekken voor het ontwikkelen van de stationsgebieden in Zaanstad. Het gaat daarbij om verbeteringen van de openbare ruimte en een impuls voor de woningbouw bij de stations Zaandam, Zaandam Kogerveld en Zaandijk-Zaanse Schans.

Dit bedrag maakt deel uit van een samenhangend pakket met verstedelijkings- en bereikbaarheidsafspraken die de overheden met het Rijk maken over ontwikkelingen langs de spoorlijn Amsterdam-Hoorn. De aanpak van de Guisweg, al jaren een knelpunt voor autoverkeer en fietsers maakt ook deel uit van deze afspraken. Dit biedt kansen om de potentie van het knooppunt Zaandijk-Zaanse Schans beter te benutten. In maart 2019 wordt een definitief besluit genomen over het gehele pakket.

Joke Geldhof: “Gebieden rondom stations trekken steeds meer mensen aan. Deze 3 stations in het mooie Zaanstad bieden bij uitstek de kans om mogelijkheden te ontwikkelen om aantrekkelijk te wonen, werken en recreëren. Stedelingen willen hier graag wonen en toeristen willen deze gebieden bezoeken. Samen met de gemeente, het Rijk, Prorail, NS en de Vervoersregio willen we de 3 stationsgebieden omtoveren tot levendige buurten waar het fijn wonen en verblijven is.”

De provincie Noord-Holland wil stationsomgevingen beter benutten en in samenhang met elkaar ontwikkelen. Stations zijn belangrijke schakels in de reis van mensen op weg naar werk, naar voorzieningen of recreatieve bestemmingen. Daarom stimuleert de provincie nieuwbouw van woningen en bedrijvigheid rondom stations.

De provincie Noord-Holland heeft voor het verbeteren van OV-knooppunten in totaal 16,75 miljoen euro beschikbaar gesteld, waarvan 8 miljoen wordt toegezegd voor bovengenoemde stationsgebieden. Voor het versnellen van woningbouw in Noord-Holland is 15 miljoen beschikbaar. Hiervan wordt 4 miljoen ingezet voor het versnellen van woningbouw rond de eerdergenoemde knooppunten.

Het besluit wordt nog voorgelegd aan Provinciale Staten.

Station Zwolle Stadshagen uiterlijk in december 2019 open

Reizigers kunnen uiterlijk vanaf december 2019 in- en uitstappen op station Zwolle Stadshagen. Dat is de gezamenlijke inzet van de provincie Overijssel, Keolis Nederland, ProRail en de gemeenten Zwolle en Kampen. De betrokken partijen hebben afgesproken dat met onder andere aanpassingen op en rond het spoor van de Kamperlijn en het sneller keren van de trein op station Zwolle een dienstregeling met een stop op station Zwolle Stadshagen mogelijk is.

Na de constatering, in december 2017, dat de bodem onder de Kamperlijn te slap is voor een snelheid van 140 km/uur was een stop op station Zwolle Stadshagen niet mogelijk. In de eerste helft van 2018 zijn er door ProRail 42 verschillende oplossingsrichtingen onderzocht. In het afgelopen jaar zijn de haalbaarheid, kosten en tijdsduur van de maatregelen voor het verbeteren van de stabiliteit van de bodem en het gebruik van het station besproken door de betrokken partijen. Zij constateerden eerder al dat het niet haalbaar is om maatregelen uit te voeren voor het verstevigen van de bodem om toch 140 km/uur te kunnen rijden. Hiervoor variëren de kosten tussen de 35 en 100 miljoen euro.

Daarom is besloten de rijtijd, die nodig is voor een betrouwbare dienstregeling met een stop op station Zwolle Stadshagen met een snelheid van 100 km/uur, te halen uit onder meer kleine infrastructurele maatregelen, het korter halteren op station Zwolle Stadshagen en het aanpassen van de huidige dienstregeling tussen Zwolle en Kampen. De treinen vertrekken dan eerder van station Zwolle en komen later aan. Doordat de dienstregeling gereden wordt met 100 km/uur in plaats van de oorspronkelijk beoogde 140 km/uur is de ruimte voor het opvangen van eventuele vertragingen minder. Bij een vertraging kunnen overstaptijden verminderen of missen reizigers hun aansluiting. Eerder is al aangegeven dat met een stop op station Zwolle Stadshagen de overstap op station Zwolle in de richting van Lelystad en Den Haag niet gehaald wordt.

Om een deel van de verloren tijd, als gevolg van het niet realiseren van de snelheidsverhoging, weer goed te maken, neemt ProRail een aantal aanvullende maatregelen. Hierbij gaat het om het optimaliseren van seinen, borden en beveiliging naar de nu structurele snelheid van 100 km/uur tussen Stadshagen en Kampen. Ook wordt de energievoorziening versterkt, zodat treinen sneller kunnen optrekken.

Ook het verlengen van het perron van station Zwolle Stadshagen is van de maatregelen. Hierdoor hebben machinisten meer speling om de trein te laten stoppen. Daarnaast is het mogelijk om de snelheid tussen de overweg Veerallee en station Zwolle Stadshagen te verhogen. Deze maatregel wordt alleen uitgevoerd als daarmee de verwachte rijtijdwinst ook daadwerkelijk behaald kan worden en gaat bijdragen aan een betrouwbare dienstregeling. ProRail gaat daarnaast maatregelen uitvoeren om de bovenleidingmasten nabij IJsselmuiden beter te funderen.

Alle betrokken partijen beseffen zich dat er nu een ander treinproduct gaat rijden dan waar Keolis Nederland opdracht voor heeft gekregen in de vervoerconcessie. Dit heeft gevolgen voor de wijze van uitvoering. De vervoerder Keolis bereidt zich hier op voor in haar bedrijfsvoering. Keolis zet zich er voor in om een dienstregeling te ontwerpen die veilig en betrouwbaar is uit te voeren. De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILenT) houdt toezicht en beoordeelt of aan alle voorwaarden is voldaan om de dienstregeling veilig en betrouwbaar uit te voeren. In afstemming met alle betrokken partijen worden er in de loop van 2019 proefritten gereden. Uiterlijk december 2019 wordt het nieuwe station volledig in de dienstregeling opgenomen.

Voorhout krijgt spooronderdoorgang

Voorhout krijgt een spooronderdoorgang. De tunnel is onderdeel van een nieuwe randweg. Begin december gunden ProRail en de gemeente Teylingen de aanleg van het nieuwe viaduct aan aannemer Heijmans.

Met de onderdoorgang kunnen autoverkeer, fietsers en voetgangers het spoor straks ongelijkvloers kruisen. Deze veilige en vlotte kruising is onderdeel van de aanleg van de nieuwe Noordelijke Randweg Voorhout.

ProRail en de gemeente Teylingen bereidden het project de afgelopen periode voor. Zo werd een ontwerp opgesteld, de gronden aangekocht en er is een bestemmingsplan vastgesteld. Gemeente Teylingen financiert de aanleg, met bijdragen van de provincie Zuid-Holland en de regio Holland Rijnland.

Aannemer Heijmans heeft nog ongeveer een jaar nodig om het project voor te bereiden. In het najaar van 2019 start de bouw van het nieuwe spoordek (het “viaduct” in het spoor waar de randweg onderdoor gaat lopen) naast het spoor. In het eerste kwartaal van 2020 zijn twee treinvrije periodes gepland. Dit zijn momenten waarop er geen treinen rijden en de aannemer veilig kan werken. Tijdens de eerste treinvrije periode wordt het spoor gereed gemaakt voor de aanpassing en tijdens de tweede treinvrije periode wordt het nieuwe spoordek aangebracht. Daarna volgt de verdere afbouw.

Treinen staan minder vaak stil

Treinen stonden minder vaak stil in 2018. Het aantal grote(re) storingen is met 10 procent afgenomen. Ook reden er meer treinen op tijd. In 2018 was dat 91,4 procent. In 2017 was dat nog 90,5 procent. Nog nooit eerder reden de treinen in Nederland zo punctueel. De prestatie houdt Nederland steevast in de wereldwijde top 3 van spoorlanden naast Japan en Zwitserland.

Op de regionale lijnen is de punctualiteit nog een stuk hoger, daar reed 94,6 procent van alle treinen op tijd (in 2017 was dat 93,9 procent). Als we kijken naar het aantal reizigers dat op tijd op plaats van bestemming aankwam, zien we dat 92,6 procent op tijd arriveerden (1 procent hoger dan het jaar ervoor). Op de HSL kwam 82,7 procent van de reizigers op tijd. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat hanteert daar de norm van 82,5 procent.

Het afgelopen jaar stonden de treinen minder vaak stil als gevolg van een storing aan de infrastructuur. ProRail registreerde 10 procent minder grote(re) stroringen dan in 2018. In 2017 waren het er 627. In 2018 staat de teller uiteindelijk op 558. ProRail heeft een aantal maatregelen genomen om het aantal verstoringen terug te dringen. Op de drukste trajecten heeft ProRail speciale tracéteams aangesteld. Met behulp van nieuwe technieken en innovaties worden verstoringen beter voorkomen. Ook heeft ProRail met aannemers afspraken gemaakt incidenten sneller op te lossen.

De grote incidenten leiden tot veel overlast voor reizigers. Als je kijkt naar het aantal technische storingen, dan zie je een duidelijk dalende trend de afgelopen jaren. In de laatste vijf jaar een daling van maar liefst 20 procent. Wat je daarnaast ook ziet is dat het aantal externe factoren dat invloed heeft op het spoor, zoals spoorlopers, suïcide en vandalisme, ongeveer gelijk blijft of zelfs toeneemt. Dit zijn direct de meest lastige factoren om aan te pakken, maar met zoveel mogelijk beheersmaatregelen en gedragscampagnes hoopt ProRail dit aantal toch zo laag mogelijk te krijgen.

Spoorverbetering Didam – Zevenaar van start

Een snellere reistijd, minder vertragingen en meer overstaptijd. In Didam is een dezer dagen het startsein gegeven voor de verdubbeling en verbetering van het spoor tussen Didam en Zevenaar.

Aannemer Strukton gaat het spoor tussen Didam en Zevenaar over een lente van 4,5 km verdubbelen. Een flinke klus die eind 2019 gereed zal zijn en wordt gefinancierd door de provincie Gelderland en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Dankzij de spoorverdubbeling kunnen treinen elkaar straks ongehinderd passeren en is er door verhoging van de rijsnelheid meer tijd om treinen te laten keren in Arnhem.

Om de start te symboliseren plaatsten vertegenwoordigers van ProRail, de provincie Gelderland, de gemeente Zevenaar, Montferland en StruktonRail gezamenlijk een tweede kruis op een Andreaskruis (dit is een verkeersbord om overwegen te markeren). Een dubbel kruis geeft aan dat je (straks) een spoorwegovergang nadert met twee of meer sporen.

De overweg Babberichseweg wordt wegens de spoorverdubbeling vervangen door een onderdoorgang voor fietsers en voetgangers. ProRail is daar blij mee want een onderdoorgang is de meest veilige manier waarop weg- en treinverkeer elkaar kunnen kruisen. Er is geen risico meer op ongelukken en een overwegstoring kan zich ook niet meer voordoen.