Verlies voor NS in eerste helft van het jaar
NS heeft in de eerste helft van 2024 een onderliggend operationeel verlies van 109 miljoen euro geleden. De kosten die NS maakt om de treindienst te rijden blijven hoger dan de opbrengsten door de verkoop van treinkaartjes en -abonnementen. Dat blijkt uit het NS financieel halfjaarbericht 2024.
In de eerste helft van het jaar is het aantal reizigerskilometers met 6,4% toegenomen ten opzichte van dezelfde periode in 2023. Toch houdt NS sinds corona, onder andere door de blijvende impact van het thuiswerken, last van structureel minder reizigers. Het aantal reizigerskilometers ten opzichte van 2019, het laatste jaar vóór corona, is 94%. Daarnaast zijn de kosten door hoge inflatie sterk gestegen. NS heeft deze inflatie niet volledig kunnen doorrekenen in het treinkaartje; hierdoor is het zogeheten indexatiegat sinds 2021 opgelopen naar circa 11%.
Ook in het laatste jaar van de hoofdrailnetconcessie blijft de financiële situatie van NS uitdagend. In de nieuwe hoofdrailnetconcessie die NS vanaf 2025 rijdt is afgesproken om de hoogwaardige Nederlandse treindienst op peil te houden. Niemand wil immers dat we minder treinen rijden. Die nieuwe afspraken zijn kostbaar, daarom hebben het kabinet en de Tweede Kamer besloten de rekening daarvoor te verdelen over het Rijk, NS en de reiziger. Tegelijk blijven de omstandigheden waaronder NS opereert de komende jaren complex. Met de nieuwe hoofdrailnetconcessie blijft de treinreiziger echter verzekerd van een duurzame treinreis en behoudt Nederland een sterk en samenhangend netwerk.
De opbrengsten uit reizigersvervoer in de eerste helft van 2024 kwamen uit op € 1.619 miljoen (2023: € 1.454 miljoen). De opbrengsten van de exploitatie van stations kwamen uit op € 227 miljoen (2023: € 241 miljoen). De reizigersgroei blijft achter waardoor reizigersaantallen nog altijd lager zijn dan de periode voor corona. De financiële tegemoetkoming voor de gevolgen van corona is in 2024 gestopt (eerste halfjaar 2023: € 37 miljoen).
Het kabinet heeft op verzoek van de Tweede Kamer een eenmalig bedrag van 120 miljoen euro vrijgemaakt voor het jaar 2024 waardoor NS een voorgenomen tariefsverhoging van de treinkaartjes en abonnementen van 8,7% kon uitstellen. Voor 2025 is dit bedrag niet meer beschikbaar, waardoor NS genoodzaakt is de uitgestelde tariefsverhoging in 2025 alsnog door te voeren, bovenop de reguliere inflatie.
Het rijden van treinen op het Nederlandse hoofdrailnet – de belangrijkste kerntaak van NS – is nog steeds verlieslatend. NS heeft in de eerste helft van 2024 een onderliggend operationeel verlies van € 109 miljoen gerealiseerd (2023: € -87 miljoen). De toegenomen opbrengsten zijn onvoldoende om de gestegen kosten te compenseren. De kosten nemen toe door uitbreiding van de dienstverlening, het invullen van een groot aantal vacatures in 2023, de stijging van infraheffing en energielasten en het afsluiten van de nieuwe cao.
Het nettoresultaat over de verslagperiode komt uit op € -33 miljoen (2023: € 38 miljoen). In de eerste helft van 2023 is het nettoresultaat beïnvloedt door incidentele baten in het financieringsresultaat (€ 55 miljoen) en in de winstbelasting (€ 13 miljoen). Na correctie hiervoor is het nettoresultaat over het eerste halfjaar 2023 vergelijkbaar met het gerapporteerde nettoresultaat over het eerste halfjaar 2024.
In de eerste helft van het jaar is het aantal reizigerskilometers met 6,4% toegenomen ten opzichte van dezelfde periode in 2023. Toch houdt NS sinds corona, onder andere door de blijvende impact van het thuiswerken, last van structureel minder reizigers. Het aantal reizigerskilometers ten opzichte van 2019, het laatste jaar vóór corona, is 94%. Daarnaast zijn de kosten door hoge inflatie sterk gestegen. NS heeft deze inflatie niet volledig kunnen doorrekenen in het treinkaartje; hierdoor is het zogeheten indexatiegat sinds 2021 opgelopen naar circa 11%.
Ook in het laatste jaar van de hoofdrailnetconcessie blijft de financiële situatie van NS uitdagend. In de nieuwe hoofdrailnetconcessie die NS vanaf 2025 rijdt is afgesproken om de hoogwaardige Nederlandse treindienst op peil te houden. Niemand wil immers dat we minder treinen rijden. Die nieuwe afspraken zijn kostbaar, daarom hebben het kabinet en de Tweede Kamer besloten de rekening daarvoor te verdelen over het Rijk, NS en de reiziger. Tegelijk blijven de omstandigheden waaronder NS opereert de komende jaren complex. Met de nieuwe hoofdrailnetconcessie blijft de treinreiziger echter verzekerd van een duurzame treinreis en behoudt Nederland een sterk en samenhangend netwerk.
De opbrengsten uit reizigersvervoer in de eerste helft van 2024 kwamen uit op € 1.619 miljoen (2023: € 1.454 miljoen). De opbrengsten van de exploitatie van stations kwamen uit op € 227 miljoen (2023: € 241 miljoen). De reizigersgroei blijft achter waardoor reizigersaantallen nog altijd lager zijn dan de periode voor corona. De financiële tegemoetkoming voor de gevolgen van corona is in 2024 gestopt (eerste halfjaar 2023: € 37 miljoen).
Het kabinet heeft op verzoek van de Tweede Kamer een eenmalig bedrag van 120 miljoen euro vrijgemaakt voor het jaar 2024 waardoor NS een voorgenomen tariefsverhoging van de treinkaartjes en abonnementen van 8,7% kon uitstellen. Voor 2025 is dit bedrag niet meer beschikbaar, waardoor NS genoodzaakt is de uitgestelde tariefsverhoging in 2025 alsnog door te voeren, bovenop de reguliere inflatie.
Het rijden van treinen op het Nederlandse hoofdrailnet – de belangrijkste kerntaak van NS – is nog steeds verlieslatend. NS heeft in de eerste helft van 2024 een onderliggend operationeel verlies van € 109 miljoen gerealiseerd (2023: € -87 miljoen). De toegenomen opbrengsten zijn onvoldoende om de gestegen kosten te compenseren. De kosten nemen toe door uitbreiding van de dienstverlening, het invullen van een groot aantal vacatures in 2023, de stijging van infraheffing en energielasten en het afsluiten van de nieuwe cao.
Het nettoresultaat over de verslagperiode komt uit op € -33 miljoen (2023: € 38 miljoen). In de eerste helft van 2023 is het nettoresultaat beïnvloedt door incidentele baten in het financieringsresultaat (€ 55 miljoen) en in de winstbelasting (€ 13 miljoen). Na correctie hiervoor is het nettoresultaat over het eerste halfjaar 2023 vergelijkbaar met het gerapporteerde nettoresultaat over het eerste halfjaar 2024.
Geen opmerkingen: