Akkoord over verbeteringen Maaslijn
De rijksoverheid en de provincies Limburg, Noord-Brabant en Gelderland investeren samen extra geld in de Maaslijn, in het belang van de reiziger. De Maaslijn is de treinverbinding tussen Nijmegen, Venlo en Ruurlo. In Brabant zijn stations in Cuijk, Vierlingsbeek en Boxmeer.
De Maaslijn is een drukke lijn waar regelmatig problemen zijn. Het is te druk in de spits of treinen vallen uit. Rijk en de drie provincies besloten in 2016 samen te investeren in spoorverdubbeling en elektrificatie. Hierdoor wordt de dienstregeling betrouwbaarder en sneller. Dat zorgt er voor dat er meer mensen met deze trein kunnen reizen, op een duurzamer manier. Het eerder hiervoor beschikbaar gestelde budget bleek niet voldoende.
Rijk en provincies hebben nu nieuwe afspraken gemaakt. Het totale bedrag wordt verhoogd met bijna 60 miljoen euro tot in totaal 213 miljoen euro. Daarvan betaalt Limburg ongeveer 36 miljoen, Brabant ruim 10 miljoen en Gelderland 4 miljoen. Het ministerie van I&W draagt circa € 10 miljoen bij. Daarnaast wordt het ministerie de opdrachtgever voor het project, in plaats van de provincie Limburg.
Het project moet half 2024 afgerond zijn. Tot die tijd wordt alvast een aantal maatregelen genomen om de druk op de lijn te verminderen. Zo zijn met onderwijsinstellingen in Nijmegen afspraken gemaakt over de lestijden. Dit helpt al om de drukte in de spits wat meer te spreiden waardoor de treinen minder vol zijn. Ook met andere partijen, zoals overheden, vervoerder Arriva en ProRail wordt gezocht naar verbeteringen op korte termijn, om de periode tot 2024 te overbruggen.
De Maaslijn is een drukke lijn waar regelmatig problemen zijn. Het is te druk in de spits of treinen vallen uit. Rijk en de drie provincies besloten in 2016 samen te investeren in spoorverdubbeling en elektrificatie. Hierdoor wordt de dienstregeling betrouwbaarder en sneller. Dat zorgt er voor dat er meer mensen met deze trein kunnen reizen, op een duurzamer manier. Het eerder hiervoor beschikbaar gestelde budget bleek niet voldoende.
Rijk en provincies hebben nu nieuwe afspraken gemaakt. Het totale bedrag wordt verhoogd met bijna 60 miljoen euro tot in totaal 213 miljoen euro. Daarvan betaalt Limburg ongeveer 36 miljoen, Brabant ruim 10 miljoen en Gelderland 4 miljoen. Het ministerie van I&W draagt circa € 10 miljoen bij. Daarnaast wordt het ministerie de opdrachtgever voor het project, in plaats van de provincie Limburg.
Het project moet half 2024 afgerond zijn. Tot die tijd wordt alvast een aantal maatregelen genomen om de druk op de lijn te verminderen. Zo zijn met onderwijsinstellingen in Nijmegen afspraken gemaakt over de lestijden. Dit helpt al om de drukte in de spits wat meer te spreiden waardoor de treinen minder vol zijn. Ook met andere partijen, zoals overheden, vervoerder Arriva en ProRail wordt gezocht naar verbeteringen op korte termijn, om de periode tot 2024 te overbruggen.
Geen opmerkingen: