Uber lang niet altijd alternatief voor ov
Een en twee op de vijf Uber-reizen zijn geen haalbaar alternatief voor het openbaar vervoer. Dat blijkt uit een Delftse analyse van 3,5 miljoen gegevens over Uber-ritten.
Rit-op-aanvraag diensten, aangeboden door bedrijven als Uber, zijn een belangrijk reisalternatief geworden in veel steden wereldwijd, maar is er een vurig debat gaande over de vraag of het concurreert met het openbaar vervoer of het juist aanvult, zegt Oded Cats, universitair hoofddocent aan de afdeling Transport & Planning van de TU Delft en mede-directeur van het Smart Public Transport Lab.
Sommigen menen dat rit-op-aanvraag een belangrijke aanjager is van een auto-onafhankelijke levensstijl en dus het openbaar vervoer ten goede komt, terwijl tegenstanders stellen dat het vooral het openbaar vervoer kannibaliseert.
Een belangrijke conclusie is dat tussen 1 op de 5 (in het geval van Amsterdam) en 2 op de 5 (Houston) van de Uber-reizen in deze steden geen haalbaar alternatief met het openbaar vervoer is. Uber wordt vooral gekozen voor kortere reistijden. Voor 13-36 procent van de Uber-reizen is de reistijd met de rit op aanvraag meer dan twee keer zo snel.
Desondanks kon in de zes bestudeerde steden voor tussen de 9 procent (Houston) en 15 procent (Amsterdam) van de Uber-ritten wel een kortere rit met het openbaar vervoer worden gevonden. Bovendien is Uber, hoewel het goedkopere tarieven biedt dan conventionele taxi's, over het algemeen veel duurder dan het openbaar vervoer.
Er zijn grote verschillen tussen (en binnen) de steden. Voor reizen die beginnen en eindigen binnen het stedelijk gebied van Amsterdam is er in 19 procent van de gevallen geen adequaat alternatief in het openbaar vervoer. Voor Uber in Amsterdam is de (loop- en) wachttijd bijna nooit langer dan 15 minuten. Bij het openbaar vervoer is dat slechts in 42 procent van de ritten het geval.
De Delftse studie is gefinancierd door de European Research Council en het Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Studies.
Rit-op-aanvraag diensten, aangeboden door bedrijven als Uber, zijn een belangrijk reisalternatief geworden in veel steden wereldwijd, maar is er een vurig debat gaande over de vraag of het concurreert met het openbaar vervoer of het juist aanvult, zegt Oded Cats, universitair hoofddocent aan de afdeling Transport & Planning van de TU Delft en mede-directeur van het Smart Public Transport Lab.
Sommigen menen dat rit-op-aanvraag een belangrijke aanjager is van een auto-onafhankelijke levensstijl en dus het openbaar vervoer ten goede komt, terwijl tegenstanders stellen dat het vooral het openbaar vervoer kannibaliseert.
Een belangrijke conclusie is dat tussen 1 op de 5 (in het geval van Amsterdam) en 2 op de 5 (Houston) van de Uber-reizen in deze steden geen haalbaar alternatief met het openbaar vervoer is. Uber wordt vooral gekozen voor kortere reistijden. Voor 13-36 procent van de Uber-reizen is de reistijd met de rit op aanvraag meer dan twee keer zo snel.
Desondanks kon in de zes bestudeerde steden voor tussen de 9 procent (Houston) en 15 procent (Amsterdam) van de Uber-ritten wel een kortere rit met het openbaar vervoer worden gevonden. Bovendien is Uber, hoewel het goedkopere tarieven biedt dan conventionele taxi's, over het algemeen veel duurder dan het openbaar vervoer.
Er zijn grote verschillen tussen (en binnen) de steden. Voor reizen die beginnen en eindigen binnen het stedelijk gebied van Amsterdam is er in 19 procent van de gevallen geen adequaat alternatief in het openbaar vervoer. Voor Uber in Amsterdam is de (loop- en) wachttijd bijna nooit langer dan 15 minuten. Bij het openbaar vervoer is dat slechts in 42 procent van de ritten het geval.
De Delftse studie is gefinancierd door de European Research Council en het Amsterdam Institute for Advanced Metropolitan Studies.
Geen opmerkingen: