Geen verband tussen schoolkeuze en OV-aanbod

De keuze voor een lager opleidingsniveau op het voortgezet onderwijs hangt niet af van het vervoersaanbod op het Friese platteland. Dit blijkt uit onderzoek van bureau PAU. In opdracht van Provinciale Staten liet het college van Gedeputeerde Staten dit onderzoek uitvoeren.

Aanleiding voor dit onderzoek is de Dorpenmonitor 2013 van het Sociaal en Cultureel Planbureau. Hierin werd geconstateerd dat jongeren op het platteland vaker een lager onderwijsniveau volgen dan in het stedelijk gebied. De lange afstanden op het platteland werden daarbij als een mogelijke verklaring gezien. Bureau PAU onderzocht of er een link tussen niveaukeuze en OV-aanbod aanwezig is. Dit gebeurde in samenwerking met Rijksuniversiteit Groningen en Dienst Uitvoering Onderwijs.

Op basis van gegevens van DUO zijn actuele verschillen tussen Fryslân en Nederland en tussen stad en platteland binnen Fryslân onderzocht. Hieruit bleek dat jongeren op het Friese platteland inderdaad vaker een lager opleidingsniveau volgen dan de Citotoets aangaf.

In mei en juni van dit jaar is er een online enquête gehouden. Dit gebeurde onder ouders van scholieren in het derde leerjaar van het voortgezet onderwijs, die een lager opleidingsniveau volgden dan de Citotoets aangaf. Het ging over de rol van openbaar vervoer en andere factoren bij de school- en niveaukeuze van hun kind. Hieruit bleek dat het OV geen grote rol speelde bij de schoolkeuze. Naarmate de afstand tot de school groter wordt, neemt het belang van OV wel toe. Dit blijft echter ondergeschikt aan andere afwegingen. De belangrijkste overwegingen voor de schoolkeuze zijn: kwaliteit en grootte van de school, opleidingsrichting en de aanwezigheid van een veilige fietsverbinding. Daarnaast is het van belang dat het karakter van de leerling past bij het type school.

Demografische ontwikkelingen zoals bevolkingsdaling en ontgroening zijn op dit moment nog niet van invloed op de middelbare schoolkeuze. Dit geldt ook voor mogelijke toekomstige sluitingen van kleinere schoollocaties. Maar door de aanstaande leerlingendaling in het voortgezet onderwijs zal dit snel veranderen. Afstanden kunnen dan een grotere rol gaan spelen.