GS trekken meer geld uit voor de aanbesteding OV Haarlem/IJmond
Gedeputeerde Staten van Noord-Holland hebben besloten om voor de aanbesteding van het busvervoer in het concessiegebied Haarlem/IJmond € 18 miljoen extra beschikbaar te stellen. Het benodigde bedrag wordt gezocht binnen het bestaande OV-budget.
Als gevolg van een aantal maatregelen van het Rijk en een stijging van de kostprijs, stelt de aanbesteding van de concessie Haarlem/IJmond de provincie Noord-Holland voor een uitdaging op financieel gebied. Het huidige aanbod in Haarlem/IJmond bestaat voor circa 90% uit druk bezette lijnen (stroomlijnen). Door bij de aanbesteding van de concessie Haarlem/IJmond in te zetten op de economisch meer rendabele lijnen en de druk bezette lijnen (stroomlijnen) waaronder R-net is de verwachting dat het aanbod niet al te veel vermindert. Als de provincie geen extra geld beschikbaar zou stellen, zouden er flink minder bussen rijden.
De provincie streeft naar een zo rendabel mogelijk openbaar vervoersysteem dat aansluit op de vraag. Een gezond OV systeem is aantrekkelijk voor vervoerders bij een aanbesteding. Het openbaar vervoer ontsluit belangrijke functies in de provincie en is gericht op grote stromen reizigers. De focus van OV ligt daar waar voldoende vraag is, zodat bussen goed gevuld rijden. Samen met de huidige vervoerder worden al maatregelen genomen om het OV te verbeteren: de bussen rijden steeds beter op tijd en vallen minder vaak uit. Ook wordt er – samen met gemeenten - gewerkt aan het verbeteren van de infrastructuur (aanpassen verkeerslichten, kruispunten, aanleg van busstroken/vrije busbanen) om de bus zo snel mogelijk door het verkeer te loodsen. Dit komt ten goede aan de betrouwbaarheid en bespaart op kostprijs.
De provincie ontvangt jaarlijks een bedrag voor het openbaar vervoer uit een subsidieprogramma van het Rijk. Vanaf 2014 indexeert het Rijk dit programma op een andere manier waardoor er voor de concessie Haarlem-IJmond een tekort zou kunnen ontstaan. Ook de voorgenomen afschaffing van de Studenten Openbaarvervoerkaart (SOV) met ingang van 2017 brengt een verlies met zich mee. Per ingang van 2014 worden de opbrengsten van de SOV al herverdeeld. Daarnaast kan de afschaffing van deze kaart voor de vervoerder inkomsten schelen. Verder is er sprake van een hogere kostprijs per dienstregelingsuur dan waar nu mee wordt gerekend.
Als gevolg van een aantal maatregelen van het Rijk en een stijging van de kostprijs, stelt de aanbesteding van de concessie Haarlem/IJmond de provincie Noord-Holland voor een uitdaging op financieel gebied. Het huidige aanbod in Haarlem/IJmond bestaat voor circa 90% uit druk bezette lijnen (stroomlijnen). Door bij de aanbesteding van de concessie Haarlem/IJmond in te zetten op de economisch meer rendabele lijnen en de druk bezette lijnen (stroomlijnen) waaronder R-net is de verwachting dat het aanbod niet al te veel vermindert. Als de provincie geen extra geld beschikbaar zou stellen, zouden er flink minder bussen rijden.
De provincie streeft naar een zo rendabel mogelijk openbaar vervoersysteem dat aansluit op de vraag. Een gezond OV systeem is aantrekkelijk voor vervoerders bij een aanbesteding. Het openbaar vervoer ontsluit belangrijke functies in de provincie en is gericht op grote stromen reizigers. De focus van OV ligt daar waar voldoende vraag is, zodat bussen goed gevuld rijden. Samen met de huidige vervoerder worden al maatregelen genomen om het OV te verbeteren: de bussen rijden steeds beter op tijd en vallen minder vaak uit. Ook wordt er – samen met gemeenten - gewerkt aan het verbeteren van de infrastructuur (aanpassen verkeerslichten, kruispunten, aanleg van busstroken/vrije busbanen) om de bus zo snel mogelijk door het verkeer te loodsen. Dit komt ten goede aan de betrouwbaarheid en bespaart op kostprijs.
De provincie ontvangt jaarlijks een bedrag voor het openbaar vervoer uit een subsidieprogramma van het Rijk. Vanaf 2014 indexeert het Rijk dit programma op een andere manier waardoor er voor de concessie Haarlem-IJmond een tekort zou kunnen ontstaan. Ook de voorgenomen afschaffing van de Studenten Openbaarvervoerkaart (SOV) met ingang van 2017 brengt een verlies met zich mee. Per ingang van 2014 worden de opbrengsten van de SOV al herverdeeld. Daarnaast kan de afschaffing van deze kaart voor de vervoerder inkomsten schelen. Verder is er sprake van een hogere kostprijs per dienstregelingsuur dan waar nu mee wordt gerekend.
Geen opmerkingen: