Prijsontwikkeling ov en autokosten vergelijkbaar
De prijsontwikkeling van openbaar vervoer (ov) en autokosten tussen 2009 en november 2018 is nagenoeg gelijk. Beide soorten vervoersprijzen stegen in die periode meer dan de gemiddelde consumentenprijzen. Dit meldt het CBS naar aanleiding van vragen van de media. De meest recente ontwikkelingen van de brandstofprijzen en het openbaar vervoer zijn in deze analyse niet meegenomen.
In november 2018 was het openbaar vervoer 23 procent duurder dan in 2009. Een rit in de bus, tram en taxi steeg gemiddeld harder in prijs dan een treinkaartje. In dezelfde periode stegen de autokosten met 22 procent. De algemene stijging van consumentenprijzen bedroeg 15 procent. Hierbij zijn de prijzen en kosten vergeleken met het jaargemiddelde van 2009.
In Nederland wordt 10 keer zoveel besteed aan autokosten als aan het openbaar vervoer. Autokosten bestaan voor een derde uit brandstofkosten. Daarnaast maken aanschaf, onderhoud, verzekering, motorrijtuigenbelasting en parkeergeld deel uit van de autokosten.
Van de autokosten was eind 2018 de verzekering met 45 procent het meest gestegen ten opzichte van 2009. Daarna volgde parkeren met een prijsstijging van 27 procent. Het aandeel van deze posten in de totale kosten van autorijden is echter niet groot.
De kosten van autorijden fluctueren meer dan die van openbaar vervoer door de sterk op en neer gaande brandstofprijzen. Tussen 2011 en 2014 bereikten de brandstofprijzen het hoogste niveau in de afgelopen 10 jaar, maar ze zakten weer vanaf 2015. In november van 2018 waren autobrandstoffen 21 procent duurder dan gemiddeld in 2009. Brandstofprijzen waren vooral begin 2009 laag als gevolg van de crisis.
In november 2018 was het openbaar vervoer 23 procent duurder dan in 2009. Een rit in de bus, tram en taxi steeg gemiddeld harder in prijs dan een treinkaartje. In dezelfde periode stegen de autokosten met 22 procent. De algemene stijging van consumentenprijzen bedroeg 15 procent. Hierbij zijn de prijzen en kosten vergeleken met het jaargemiddelde van 2009.
In Nederland wordt 10 keer zoveel besteed aan autokosten als aan het openbaar vervoer. Autokosten bestaan voor een derde uit brandstofkosten. Daarnaast maken aanschaf, onderhoud, verzekering, motorrijtuigenbelasting en parkeergeld deel uit van de autokosten.
Van de autokosten was eind 2018 de verzekering met 45 procent het meest gestegen ten opzichte van 2009. Daarna volgde parkeren met een prijsstijging van 27 procent. Het aandeel van deze posten in de totale kosten van autorijden is echter niet groot.
De kosten van autorijden fluctueren meer dan die van openbaar vervoer door de sterk op en neer gaande brandstofprijzen. Tussen 2011 en 2014 bereikten de brandstofprijzen het hoogste niveau in de afgelopen 10 jaar, maar ze zakten weer vanaf 2015. In november van 2018 waren autobrandstoffen 21 procent duurder dan gemiddeld in 2009. Brandstofprijzen waren vooral begin 2009 laag als gevolg van de crisis.
Geen opmerkingen: